Werken bij Interapy

Bij Interapy werken ongeveer 40 enthousiaste psychologen. Onlangs is Janneke Broeksteeg, senior ontwikkelaar en GZ-psycholoog, door de GGD Amsterdam geïnterviewd. Hieronder vind je een gedeelte van dit interview.

Wat voor cliënten hebben jullie?

Onze cliënten komen uit het hele land. De leeftijd ligt tussen de 14 en 80 jaar. De meeste cliënten zijn rond de 40 jaar en de meeste zijn vrouw. Dat soort gegevens komen overeen met face to face behandelingen in de GGZ.

 

Jullie behandelen vanuit dit pand?

Ja. We hebben zo’n 40 behandelaren in dienst. We hebben een behandelruimte en daar staan bij ons, in tegenstelling tot bij andere geestelijke gezondheidszorginstellingen allemaal computers. Er wordt door veel behandelaars ook vanuit huis gewerkt.

 

Hoeveel cliënten heb je gemiddeld in je caseload?

Dat verschilt, er zijn veel psychologen die parttime werken. Die vinden het fijn om de online hulpverlening te combineren met face to face contacten.

 

Hoe werkt het? Ik lees hier ‘online maar niet real time (geen chat).’ Je zit niet met elkaar te praten?

Nee. Dat vind ik zelf een voordeel. Wij hebben behandelprotocollen die je ook gebruikt in een face to face therapie “vertaald” naar het internet. Een protocol bestaat uit allerlei opdrachten, en cliënt en behandelaar werken samen stap voor stap alle opdrachten uit het protocol door. Een cliënt meldt zich online aan en vult de vragenlijsten in. Daarna voeren we een telefoongesprek om de klachten verder uit te vragen en om te kijken of het allemaal goed begrepen is. Dat is de intake. Daarna start de behandeling. Het eerste wat ik doe als behandelaar is me voorstellen, ik vertel wat over mezelf en ik leg uit hoe het programma eruitziet, hoe lang de behandeling duurt en hoe vaak we contact hebben. Als er tussen die contactmomenten in iets is, dan kan de cliënt mij een mailtje sturen. Als ik dat uitgelegd heb, geef ik instructies voor de eerste opdracht. De cliënt leest dat op het moment dat hij of zij inlogt, op een tijd die hem of haar goed uitkomt. We vragen de cliënten om te plannen wanneer ze de opdracht willen gaan maken. Het is belangrijk dat je bijvoorbeeld niet alle opdrachten op dezelfde dag achter elkaar doet, en niet ’s avonds laat vlak voor je gaat slapen. Zo’n planning is ook handig voor mij als behandelaar, omdat ik dan kan zien: oh, die cliënt gaat dan een opdracht maken, dat betekent dat ik daarna in moet loggen om te kijken naar de opdracht en erop te reageren. De cliënt en de behandelaar hebben nooit “real time” contact. Er zit een vertraging in, en dat vind ik heel fijn. Het geeft mij tijd om na te denken over hoe ik iets wil zeggen en ook om nog eens een keer te lezen wat iemand schrijft.

 

Maar je mist wel de gelaatsuitdrukkingen, de non verbale communicatie?

Dat klopt en toch mis ik het als behandelaar niet. Die vraag krijg ik heel vaak. Non-verbale communicatie is belangrijk, maar hoe ik jouw non-verbale communicatie interpreteer, zegt ook weer veel over wat ik daar inleg, dat wordt nog wel eens vergeten. Daarnaast is mijn ervaring dat als je goed leest, en vervolgens goed doorvraagt dat

voldoende informatie oplevert. Voor mij is bijvoorbeeld een regel dat als ik het verhaal niet meer begrijp, of bij wijze van spreken niet meer als een film voor me kan zien dan weet ik: “Hé er mist iets, er klopt iets niet”, en dat betekent: ik moet daar meer over vragen. Overigens, cliënten ervaren het contact, daar hebben we onderzoek naar gedaan, merendeels als prettig en persoonlijk. Juist als het gaat om problematiek waar veel schaamte bij zit, kan het erg fijn zijn dat er niet iemand tegenover je zit.

 

Vinden cliënten het moeilijk om af te sluiten? Ik kan me voorstellen dat het na zo’n intensief contact…

Ja, dat vinden cliënten moeilijk. We sluiten ook niet in één keer af. We bouwen het contact langzaam af. In de loop der tijd hebben we geleerd dat het niet slim is om opeens te zeggen: “Okay dat was het.” Daarnaast is er na de behandeling een periode van één jaar waarin wij de klachten monitoren. Cliënten hebben in die periode het gevoel dat ze nog onder onze hoede zijn, als er iets is kunnen ze bellen. Dat voelt veilig .

 

Hebben jullie veel mannen in behandeling?

Nee mannen zijn in de minderheid. Met name bij behandelingen voor seksueel trauma en bij eetproblemen. Dat zie je in de hele GGZ.

 

Is online therapie geschikt voor alle klachten?

Nee, online behandelingen zijn niet geschikt voor alle klachten. Als bijvoorbeeld uit de intake blijkt dat iemand psychotisch is geweest, dan vinden we dat iemand niet online maar face to face behandeld moet worden. Het gebeurt ook af en toe dat wij aanmeldingen krijgen van cliënten waarbij suïcidegevaar bestaat. Dan nemen we contact met de huisarts op, of doen we wat er verder nodig is. Daar zijn we heel zorgvuldig mee. Dat is weer zoiets met internet: mensen geven suïcidegedachten eerder aan via internet, dan in een intake met iemand tegenover zich.”

 

Bron: InZicht, januari 2012. Thema: Online behandeling.

http://www.gezond.amsterdam.nl/GetDocument.ashx?DocumentID=11986&name=Nieuwsbrief-InZicht-januari-2012&rnd=634770154916651173